Auteursarchief: Lia van Gemert

Terug bij af?

Hallo Fred,

Experience the UvA! Goed idee, maar jouw weekje is wat veel, laten we klein beginnen: excursies van 1 dag, want groepen ontsporen na een paar dagen. U kunt kiezen uit The Bungehuis Experience of The Maagdenhuis Experience of beide. De organisatie draagt geen verantwoordelijkheid voor verzwikte enkels of emotionele shocks. Ook de kosten van medische behandelingen kunnen niet op de UvA verhaald worden. Als extraatje bieden wij u de NS Experience! Wie Amsterdam het snelst bereikt, ontvangt gratis de UvA dvd met exclusieve beelden en interviews (winkelwaarde 15 euro). Uw in- en uitchecktijden op de stations worden geverifieerd en een waterdichte berekening van relatieve reistijd is gegarandeerd door UvA-statistici. Over de uitslag wordt niet gecorrespondeerd.

Als we met de NS een mooie deal sluiten, stroomt het geld binnen. Alles opgelost en het CvB mag blijven, mits (jaaaaa) het toezegt dat voor de financieringsknelpunten samen met de andere universiteiten en Den Haag naar hard-geld-oplossingen wordt gezocht. Als een van die drie deze voorwaarde weigert, nemen we – en nu allemaal – de vloer over en geven we tegen toegangsprijs voor iedereen colleges uit onze curricula, in de geest van DNU. Thema’s te over: de val van Arturs rijk; de erfenis van Lech Waleza’s Solidariteitsbeweging; de invloed van statistische methoden op conclusies over het taallerend vermogen van babies; de invloed van Frank Arions linguïstisch werk op zijn roman Dubbelspel. Elk thema wordt gekoppeld aan wetenschapsfilosofische theorieën, bijvoorbeeld het onderscheid tussen ‘harde’ en ‘zachte’ gebieden. De inkomsten gaan in een DNU fonds en zijn voor de docenten, met een extra uitkering aan flexwerkers.

Is dit het? Ik denk van niet. Want hoe garanderen we de kwaliteit van dit onderwijs? Niet dat de DNU idealen geen kwaliteit zouden hebben, maar we hebben nog geen evidence over de effecten.

Monopoly

monopoly nationalebeeldbank_2007-1-49230-2_start-monopoly

Foto Leo de Kort, bron

Wat dan? Het lijkt wel op het oude Monopolyspel (uit 1935 – mag die eeuw blijven in ons aanbod?). Met de Kalverstraat en de Leidschestraat in je portefeuille had je goede kansen. Je kon er alleen tegenop met een batterij straten vol hotels of je kon het een tijdje uitzingen met de stations en de Nutsbedrijven. Voor de losers was het passagegeld bij Start een schrale troost en als je helemaal niks kreeg door de beruchte Kanskaart Ga direct naar de gevangenis. Ga niet door <> u ontvangt geen f 20.000 (in de 1985 variant) was je definitief kansloos. Maar ook de rich moesten risico’s nemen: f 40.000 kostte de Kalverstraat 30 jaar geleden, doe dat nu maal 10 en je weet: rekenen op vastgoed is een gok die kan eindigen in terug bij af.

Terug naar de Middeleeuwen

Ik benijd het CvB niet, maar van mij mogen ze nog blijven, ondanks die ontruiming vorige week. Ik zie namelijk een nieuw bestuur niet scoren in Den Haag – daar zal gezegd worden: laat eerst maar zien wat je kunt voor je bij ons komt. We hebben een patstelling, want het huidige CvB – en ook ons Faculteitsbestuur – lijkt zich veilig te willen stellen in de loopgraaf dat men heus bezuinigt. Maar ten koste van wat? Over de rug van flexwerkers die met hun structurele takenpakket allang een vaste baan hadden moeten hebben. Over de rug van goed onderwijs want de ‘vasten’ moeten het gat vullen en zullen uitgeput raken – en hebben ze wel voldoende expertise? En uiteindelijk ten koste van studenteninstroom, want ga jij daar studeren – behalve als je van dat Experience the UvA! genoten hebt?

Als we de besturen tot koerswijziging willen brengen, moeten we een ander bordspel nemen: schaak. Laat Guy Geltner en Louise Gunning spelen en doe het zoals Otto van Brandenburg: overleg over strategische keuzes. En verleid haar tot ons kamp! Nuttig, die middeleeuwen.

Schaak Otto Brandenburg 541321447
bron

Hartelijke groet,
Lia

Elitedictatuur

Hallo Fred,

Stormachtige tijden! Jazeker, ik was erbij toen in Utrecht, maar slechts als toeschouwer. Met die leus die zo lekker scandeert (Twééfásenstructúúr, élítedictátúúr) trokken de studenten over het Janskerkhof richting Academiegebouw, het eerbiedwaardige equivalent van de Amsterdamse Lutherse kerk. Ik kende verschillende mensen in die optocht, maar op hun aansporingen om mee te doen aan het protest ben ik niet ingegaan. Ik vond het maar niks eigenlijk, die claim op onbeperkte studietijd. Naar mijn smaak waren er veel te veel mensen voor wie studeren een synoniem was van lanterfanten. Dat was me bar tegengevallen bij Nederlands: veel leuke mensen, maar slechts een handjevol met de fanatieke interesse die ik zelf had en die ik automatisch ook verwacht had bij de rest. En voor andere studies (ook bèta en gamma) was het al niet veel beter. Van mij mocht er dus wel een limiet gesteld worden.

Kwaliteit is tijd plus deskundigheid
Pas later zag ik dat tijd weghalen ook kwaliteit weghalen is. Elke gemiddelde student heeft tijd nodig om de stap te maken naar een nieuw bestaan, plus tijd om de inhoud van zijn opleiding zo te internaliseren dat er niveau bereikt wordt. Die beloofde tweede fase is er geloof ik nooit gekomen en de Tweefasenstructuur sneuvelde, maar daarna werd het nog erger. Want toen kwam BAMA – inhoudelijk een prima idee om vakgebieden beter samen te laten werken en internationalisering meer kans te geven, maar als stelsel gewoon de volgende bezuiniging. BAMA is aan de Nederlandse universiteiten nog steeds een uiterst bekrompen uitvoering van het Amerikaanse voorbeeldstelsel. Parallel aan dit alles: bezuiniging op vermeend vermolmde vakgebieden. Behalve op tijd heeft elke student recht op deskundige opleiders die weten waar ze het over hebben, lees voor onze omgeving: opleiders die door hun onderzoek gevoed zijn.

GettyImages_464463122 studentenprotest 250215

bron

De Nieuwe Universiteit
Afgelopen week groeide mijn sympathie voor de bezetters van het Bungehuis en het Maagdenhuis, vanwege hun aanhoudend beroep op kwaliteit. ‘Competente rebellen’, staat op een van hun spandoeken. Ze protesteren terecht tegen managerssommetjes die het studiepakket bepalen en tegen elitaire instituties die denken dat ze eigenlijk wel gewoon voort kunnen gaan op de ingeslagen weg nadat ze die lastpakken een beetje aandacht gegeven hebben. Maar ze dwingen ons tot bezinning. Er is teveel gebeurd om te berusten in de situatie, vanaf het niet serieus met de gemeenschap praten over de plannen met de VU tot en met het terugschroeven van de studiepuntenopbrengst voor de onderwijsintensieve faculteiten. De studenten hebben de discussie daar gekregen waar die zijn moet: bij het rendementsdenken en bij de Haagse politieke keuzes. Intussen hebben ze zelf ook elitaire trekjes – tenminste die groep die meent dat democratie hetzelfde is als helemaal je eigen gang mogen gaan en die dus nergens mee instemt – maar juist die wat hautaine, onafhankelijke houding maakt misschien ook wel weer het verschil tussen volgzaam en volhardend.

Regenten
En hoe elitair zijn wij, vijfendertig jaar later zelf de regenten? Profiel 2016 werpt zijn schaduw ver vooruit – overal is zenuwachtigheid over mogelijkheden en onmogelijkheden en overal heerst wantrouwen. Wie tot het tijdelijk personeel behoort, staat eigenlijk al buiten. Zijn we nog bereid tot verzet en tot hoever. Gaan wij het PCH bezetten, slapen tussen de boekenkasten, zonder verwarming in het weekend? Gelukkig is er voor het tijdelijk personeel een actiegroep opgericht en gelukkig heeft het CvB vandaag bekend gemaakt dat er extra middelen komen voor Geesteswetenschappen. Voor even is de aanslag op kwaliteit een beetje afgewend. Maar we zijn er nog lang niet: ook bij onze eigen opleiding staan onderdelen onder druk en ook wij hebben tijdelijk personeel dat de taken van vast personeel vervult. Wij zullen heel goed moeten kijken welke route we kiezen om onze kwaliteit te behouden en daarmee het klimaat om kritische en competente regenten af te leveren.

Hartelijke groet,
Lia

Nieuwe ronde, nieuwe kansen

Hallo Fred,

Op 22 november postte jij het vorige blog – kan dat wel bij dit medium, zo’n pauze? Het heeft natuurlijk te maken met onze dagelijkse overdaad aan werkzaamheden, maar ook met andere dingen. Er waren twee redenen om even te wachten met nieuwe bestuursbespiegelingen, vond ik. De eerste was dat er taak- en werkgroepen in gang waren gezet om hun licht te laten schijnen over de opgave tot zeer forse bezuinigingen. De tweede was jouw trio van adviezen aan bestuurlijke gremia: eis als bestuur geen monopolie op het bedenken van maatregelen op, zet geen onnodige hindernissen voor opinievorming neer en houd afstand tot de materie. Nu, begin februari – ooit de tijd dat men nog kon hopen op een onvervalste Elfstedentocht – hoe staan we er bestuursmatig voor: gaat het echt vriezen?

Roulette?

Eerlijk gezegd: toen we het kerstreces ingingen had ik eerder associaties met een ander tijdverdrijf dan schaatsen: roulette (tijdverdrijf en geen sport, toch?). Niet de Russische variant uit die Vietnamfilm (Christopher Walken in The Deer Hunter), maar de casinovariant waarin nieuwe ronde, nieuwe kansen geen echte kansen zijn.

 

 

Krijgen we kansen? Heeft ons bestuur geleerd van jouw adviezen? Gedeeltelijk, denk ik. Iedereen kon zich de afgelopen tijd laten horen, in de diverse praatgroepen en via de mogelijkheid om hartekreten te posten, en het bestuur belooft dat er nog meer reactiegelegenheid komt. Prima. Verder is er een verstandige kapitein aangesteld – in uw persoon – om alles rond de taak- en werkgroepen een beetje in banen te leiden en dus afstand te creëren. Ook prima. En slim: de problematiek heeft natuurlijk veel kanten. Dus: maak flink wat groepen, dan kun je verderop zeggen: ‘we konden niet alles kiezen want niet alles is verenigbaar’ en ‘niet alles is al rijp’. Dat is heel begrijpelijk, maar moet ons ook waakzaam maken – indachtig jouw conclusie: na zoveel reuring bij de eerste ronde heb je het bij de tweede gemakkelijker. Daarom een nieuwe categorie voor ons lijstje beleidstermen: zinnen. Deze zet ik er als eerste op, over de door het bestuur in de Houtskoolschets niet genoemde aanbevelingen uit de adviezen. Dat betekent niet dat ze door het DB worden verworpen, noch dat ze worden overgenomen, maar dat deze onderdelen geen plek hebben gekregen in de uitgangspunten in deze notitie. (p. 2)

Tot nu toe doen de bestuurders het behoorlijk goed, dus. Maar er zijn ook minder gelukkige zaken. De tijdsdruk. Daar konden we zelf misschien niet zo veel aan doen, maar het CvB toch eigenlijk wel! Vraag even aan een faculteit om zichzelf opnieuw te profileren, binnen anderhalve maand graag! Niet voor niets wordt in de adviezen steeds aangedrongen op bezonnen besluitvorming, ontwerp en doorvoering.

Ronduit ongelukkig en hardleers vond ik het voornemen om de Houtskoolschets vertrouwelijk in allerlei raden te laten bediscussiëren. Dat was opnieuw de gemeenschap buitenspel zetten en valt onder jouw categorie 2: onnodige hindernissen opwerpen, die contraproductief werken. Lekken was het gevolg, zodat we nu allemaal op de hoogte zijn. Nieuwe ronde, nieuwe kansen.

Dat geldt ook voor de inhoud, want de adviezen en de schets bieden zinnige aanknopingspunten. Ik zie bijvoorbeeld kansen in de indeling in expertisegebieden en domeinen en in het systematisch researchintensieve onderwijs. Dit sluit overigens aan bij wat we al doen. Een paar mooie termen trouwens ook voor ons lijstje: buffetmodel, 21st century skills. De zorgen zijn geenszins verdwenen, zoals de dreiging dat vakgebieden die het in onderzoek goed doen uit het onderwijsaanbod wegvallen. En één punt blijft diep treurig: namen we enkele jaren geleden mensen aan om onderzoek en onderwijs te vernieuwen, nu moeten we ze weer ontslaan.

Let’s play darts!

 

 

In een analyse van het dartsspel – vaste prik rond de feestdagen – las ik dat darts voor geoefende spelers geen roulette is. Als je de werptechniek beheerst, kunt hoofdrekenen en rustig blijft, kun je ver komen. Dat de Nederlanders het de laatste jaren zo goed doen in dit internationale veld, komt omdat ze zich op deze drie elementen geconcentreerd hebben. Laten we er ons voordeel mee doen.

Hartelijke groet,

Lia

Zwartepieten

Hallo Fred,

Nee, zo’n Black Knight uit de Monty Python film die je bedoelde moeten de geesteswetenschappers vooral niet worden: jezelf gewond en wel aanbieden voor nog verdere verminking, dat is kiezen voor de ondergang van je eigenwaarde. Maar de vraag wat je dan wel moet doen als de zoveelste bezuiniging wordt aangekondigd, met ontslag voor collega’s, is niet de gemakkelijkste. Het faculteitsbestuur van de UvA Geesteswetenschappen legde deze week twee mogelijke varianten voor van een verbreed eerste jaar, waarin de kosten van het onderwijs gedrukt worden om het tweede en derde jaar overeind te kunnen houden. Hoe we ook verder gaan, een breed eerste jaar komt er, is de boodschap. Hmmm, gaat dat niet wat al te snel? Waarom nu alweer bezuinigen terwijl duidelijk is dat het algemene universitaire betaalmodel vooral rekening houdt met onderzoeksscores en te weinig met onderwijstaken? Kunnen onderwijsrijke faculteiten in zo’n model ooit op hun bestaansrecht rekenen?

Kijk jij het Sinterklaasjournaal? Ik zag elk jaar wel eens een flard, maar dit jaar kijk ik vaak, om de spanning tussen de postkoloniale protesten en het kinderplezier. De journaalmakers pakken het boeiend aan, met de humoristische verweving van de(r) grote(n) mensen issues en de(r) kleine(n) mensen verwachtingen. Opa Piet, die niet met pensioen wil en illegaal bezig is, terwijl zijn werkgever Sinterklaas zelf de leeftijdseis negeert; vrijwilligerspieten in opleiding, die dankzij de schoorsteen in de Goudse Pietenfabriek als ‘Piet de smeerpoets’ de negentiende-eeuwse verklaring voor hun huidskleur visualiseren; de bevrijding van de opgesloten Pieten – ook de nieuwe witte clowns – uit de fabriek; en niet te vergeten de oude Pieten, die eerst zichzelf buitenspel hebben gezet en, nu er een nieuw regiment is aangetreden, concluderen dat er voor hen geen plaats meer is in het grote Pietenhuis en mét de pakjesboot terug op weg zijn naar Spanje. De tijden van Ja zuster, nee zuster en De fabeltjeskrant herleven: groot en klein in spanning voor de buis (of een ander medium).

Schoorsteen Gouda 161114

De schoorsteen in Gouda, in het nieuwe opleidingscentrum voor zwarte pieten Bron

Dit in scène gezette Nederland in een notendop is intussen de keiharde werkelijkheid, zie de demonstraties anti en pro Piet tijdens de intocht van de Sint. Dit verpestte het feest, maar toch kun je je het wel voorstellen, die frustratie bij de anti-Pietbeweging: als jullie niet naar ons luisteren, pakken we jullie terug. Het is het resultaat van eindeloos niet gehoord worden en nooit verandering zien.

Maar waarom krijgen de anti-Pieten ondanks hun sociaal begrijpelijke boodschap toch niet veel sympathie? Het heeft te maken met hun omgang met slachtofferschap, denk ik. Een nabestaande van de MH17 ramp zei deze week: de slachtofferrol is een positie waarin je niet moet komen. Je krijgt dan genoegdoenertjes zoals een geregisseerde nationale herdenking, om protest over het uitblijven van een hardere opstelling tegenover Poetin te smoren.

Wat we eerst en vooral dus niet moeten doen is zelf gaan zwartepieten en als slachtoffers de vermeende schuld voor bezuinigingen bij anderen gaan leggen. We moeten andere stappen bij de bestuurders stimuleren, door op te komen voor eigenwaarde en onze sterke punten naar voren te schuiven. Dat geldt zowel voor het faculteitsbestuur als voor onszelf, als opleiding. Op de agenda staan in elk geval twee punten: de noodzakelijke herziening van het universitaire rekenmodel en een duidelijk antwoord op de vraag wat je de maatschappij brengt als je iets geesteswetenschappelijks, bijvoorbeeld Nederlands, gestudeerd hebt.

De Pietendiscussie geeft aan dat het antwoord op de laatste vraag niet zo moeilijk is, want de analyses van wat hier allemaal gebeurt komen uit de alfa- en gammawetenschappen en niet uit de bètawetenschappen. In het Sinterklaasjournaal daalt een witte Piet net zolang in een fabrieksschoorsteen in Gouda af tot hij er helemaal zwart uitkomt. Grote kans dat deze programmamaker een geesteswetenschapper is. Met een simpel beeld geeft hij de kern van de zaak weer: je hebt zelf invloed op je rol. We zijn aan zet.

Met hartelijke groet,

Lia

 

Uitluiden

Hallo Fred,

Op 3 september 2014 werd het nieuwe facultaire onderzoeksinstituut ingeluid – AIHR, het Amsterdam Institute for Humanities Research. Nieuwe functies en nieuwe termen, jij schreef het al. Je bent niet de enige die het nog niet als een automatisme kan oproepen. Het instituut is zo kersvers dat het ook nog niet op de algemene UvA website te vinden is en op de FGw site alleen als je de afkorting weet (http://aihr.uva.nl/).

De dag ervoor, op 2 september, was een van de oude instituten uit de FGw uitgeluid – het ICG, Instituut voor Cultuur en Geschiedenis, ook wel Institute for History and Culture. Zo’n gebeurtenis kan van alles losmaken. Een historicus van de Nederlandse literatuur denkt al gauw aan de beroemde uitspraak van Vondel uit 1625, bij de naderende dood van stadhouder Maurits. Zijn biograaf Brandt tekende die op uit zijn eigen mond. (Bron, p. 29) Toen Vondels vrouw riep: ‘Man, de prins ligt op sterven’, riep hij terug: ‘Laat hem maar sterven. Ik lui hem alvast uit!’, ijverig in de weer met zijn dichterlijke afscheidsgroet. Die loog er niet om want het was het allegorische toneelstuk Palamedes, waarin Maurits bestuursbedrog en gerechtelijke moord ten laste werden gelegd. Die aanklacht draaide uit op een echte rechtszaak, die Vondel dankzij de bescherming van de stad Amsterdam uiteindelijk slechts een geldboete kostte. Zijn leven lang bleef hij een luis in de pels van de macht: nu eens meegaand, dan weer kritisch.

Klok 210914  Bron

Een vrolijke begrafenis…

Maar zo hard ging het er op 2 september niet aan toe, tenminste niet openlijk. Voor de goede orde: wat nu volgt is deels van horen zeggen. Ik was er zelf niet bij; de onderwijspraktijk gaat voor op andere activiteiten. Het bekende conflict van agenda’s.

Onder leiding van de decaan speelde zich ‘een vrolijke begrafenis’ af. Sprekers gaven hun visie op het oude instituut, waarbij het ideaal van vrijheid voor de onderzoeker opnieuw klonk, naast de relativerende constatering dat organisaties nu eenmaal eens in de zoveel tijd in een nieuwe mal gegoten worden. Er was ook een panel, dat reageerde op tevoren rondgestuurde stellingen over het ideale onderzoeksinstituut. Die varieerden van de algemene snit over een onderzoeksinstituut als inspirerende omgeving met academische vrijheid en gegarandeerde onderzoekstijd tot specifieke aandachtspunten als ondersteuning bij het schrijven van aanvragen, transparante verdeling van promotieplaatsen en een rol voor actieve emeriti. Niet alle stellingen kwamen aan bod – het moest geen kritische vergadering met voornemens voor maatregelen worden. Tot slot sprak de nieuwe portefeuillehouder Onderzoek in het faculteitsbestuur Thomas Vaessens eenieder moed in. Geef hem eens ongelijk!

…met een waarschuwend geluid

De laatste stelling van de begrafenis was voorzien van uitvoerige toelichting. Laat medewerkers binnen de beschikbare ruimte hun keuzes maken voor de snit van hun onderzoek en mate van samenwerking en pas op met permanente, want contraproductieve, controle. Tot zover de stelling. Vrijheid tegenover geprogrammeerdheid. Volgens mij is het vinden van een leefbaar midden tussen die twee de opgave waar we voor staan. Daarin kunnen noch de koppige onderzoeker die geen enkele prestatieverplichting duldt, noch de inhoudelijk leidinggevende of administratief manager die voortdurend becijfert, het volledige gelijk krijgen. Een eenzijdig beleid is niet levensvatbaar.

Het recht op onderzoekstijd raakt de universiteit in het hart, niet alleen mensen met een vaste aanstelling, ook die met een tijdelijk contract. Voor hen betekent het binnenhalen van onderzoeksgeld nu zelfs regelmatig dat ze uitgeluid worden omdat er geen financiële ruimte is voor vaste aanstelling. Dit bemoeilijkt natuurlijk instroom van nieuwe ideeën en ook zoiets als verjonging. Het nieuwe onderzoeksinstituut zal het niet gemakkelijker krijgen dan het oude.

Hartelijke groet,

Lia

Passchendaele

Hallo Fred,

Waarom Passchendaele (tegenwoordig Passendale)? Een paar jaar geleden was ik in Dunedin, Nieuw-Zeeland. Daar is in een oud, monumentaal Brits aandoend station New Zealand’s Sports Hall of Fame. Smullen! Krakende radio opnamen en bibberende filmpjes van wedstrijden, attributen van de All Blacks – een rugbybal, een roeiboot, een speer, spikes, shirts enzovoort. Bij elke sporttak uitslagenlijsten van WK’s en Olympische Spelen, met hier en daar een Nederlander: Mia Gommers, Mexico 1968, brons op de 800 m. Je ziet het weer voor je (kijk hier).

Aan de buitenkant van het gerestaureerde station hangt een herinneringsplaat met de tekst: Passchendaele In memory of those members of the New Zealand Railways who fell in the Great War 1914 -1918:

passchendaele_plate dunedin station
Bron

Het blijkt een van de platen van een locomotief die Passchendaele is genoemd, ter ere van de 450 gesneuvelde treinwerkers in het Nieuw-Zeelandse leger die in België deelnamen aan de Eerste Wereldoorlog. Dat was de reden om de Westhoek te gaan bekijken.

Nou, het was diep indrukwekkend. Om Passchendaele en Ieper (op 13 km van elkaar) is in de Grote Oorlog eindeloos gevochten. De Nieuw-Zeelanders namen onder andere deel aan de derde slag om Ieper, van 31 juli tot 10 november 1917. Het museum en het oorlogskerkhof in Passendale bevinden zich op de plaats van deze slag: de graven liggen om de bunkers heen. Duizenden zinloze doden in het loopgravengevecht, hoewel in het museum toegelicht wordt dat deze oorlog voor Nieuw-Zeeland ook een andere nationale betekenis had. De gesneuvelden droegen bij aan een positief zelfbeeld in hun land, dat hiermee voor het eerst de negatieve identiteit ‘geworteld in Europees uitschot’ van zich af kon schudden.

De weggetjes over de heuvels en door de lagere kommen zijn groen en rustig, links en rechts boerderijen. Ondanks de vele toeristen in Ieper en Passendale fietsen we vrijwel alleen. De term ‘schuldig landschap’ van Armando dringt zich op. De natuur groeit schaamteloos door om met haar schoonheid de verschrikkingen van de cultuur uit te wissen. Alles wat de natuur heeft zien gebeuren wordt gewetenloos door haar overgroeid. De mens schaamt zich bij deze confrontatie tussen cultuur en natuur. (bron) Het vergaat me zoals Armando het zei. Kleine troost is de Stroroute, de fietsroute van Zonnebeke (vlakbij Passendale) naar slaapplaats Roeselare: die loopt over een oud spoorwegtraject langs de slagvelden, met herinneringstekens.

De cirkel van Passchendaele en Nieuw-Zeeland is rond. Op de mail die dag echter het droevige bericht van de dood van Laurens van der Graaff, alumnus Nederlands. Laurens! Ik heb twee herinneringen aan hem. De eerste is de calculerende, slimme student die zich niet erg voor historische literatuur interesseerde; de tweede is de bevlogen geraakte student die zijn missie – docent in het voortgezet onderwijs – had gevonden en zich fanatiek inspande. In beide fasen een vrolijke, humoristische jongen. Met het neerhalen van de MH17 is een nieuw schuldig landschap gecreëerd door de mens, uitvloeisel van bestuursperikelen. Er is ook een nieuwe cirkel geopend van zinloosheid en zinvolheid en het aandeel van bestuurders daarin. Terugkerende elementen zijn miscommunicatie en vooral bestuurders die over lijken gaan. We kunnen alleen maar hopen dat de dood van de inzittenden van dit vliegtuig niet zinloos zal zijn. De nationale herdenking zal trouwens plaatsvinden op 10 november a.s., de datum waarop de derde slag rond Ieper eindigde.

De vakantie is voorbij en we staan aan het begin van doorvoering op de werkvloer van de lang bediscussieerde governance. Een complexe operatie voor onderzoek, onderwijs en ondersteuning, die al meteen nog complexer wordt vanwege de afgelopen week aangekondigde bezuinigingen – uit te voeren via rationalisering van het onderwijs. Hé, een nieuwe bestuursterm! Rationaliseren betekent nu dus voortaan bezuinigen. Tijd voor transparantie en communicatie!

Hartelijke groet,

Lia

Maurits achterna

Hallo Fred,

Besturen, moeilijk! Die gedachte heeft de hele zomer door mijn hoofd gemaald. Het begon al met de zomergroet van Louise Gunning, begin juli. Ze meldde opgelucht dat er na het nee van de medezeggenschap tegen de Amsterdam Faculty of Science afgelopen december toch voortgang in het proces zit. ‘We’ hebben nu een goede route kunnen uitstippelen ‘om dit project – in een ander tempo, op een andere manier – verder te ontwikkelen.’ In een woedende reactie stelde een andere ‘we’, ‘in navolging van de bezetters van 1969’ dat er echter aan de stukken nog geen letter veranderd is. Namens wie bestuurt het CvB eigenlijk, vroegen ze zich af. Deze ‘we’ hadden ruim 80.000 adressen gehackt om hun geluid te laten horen. Voor het vervolg zie Folia. Voor mij zegt dit alles over de loopgraven waarin bestuurders terecht kunnen komen. Ik denk zelf al jaren dat meer samenwerking voor onze universiteiten goed is, voor de Geesteswetenschappen vooral om onderzoek te bevorderen en de studenten een optimaal onderwijsaanbod te kunnen doen. Dus ik kan me wel wat voorstellen bij de AFS plannen van het CvB. Maar we zien hier een bekende bestuurscomplicatie en die is niet overwonnen: het ontbreekt aan transparantie en communicatie. Logisch dat de gemeenschap boos reageert. Over inhoud zijn er altijd verschillende meningen, maar over communicatie zou er nooit twijfel mogen zijn. Transparantie en dialoog zijn dure plichten.

Maar Louise zei het al: nu tijd voor vakantie. De route uitstippelen was gauw gedaan want het was een oud plan. Flanders fields op de fiets. Eerst Maurits achterna op zijn tocht naar Nieuwpoort en dan naar Passchendaele en Ieper, de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog. Op fiets om de dijkjes, weggetjes, weilanden en heuvels te zien waar het ooit gebeurde.

De slag bij Nieuwpoort in 1600 is verknoopt met bestuursperikelen. Stadhouder (legeraanvoerder) Maurits van Oranje wilde helemaal niet op veldtocht naar Vlaanderen – te riskant -, maar hij moest van Oldenbarnevelt, de leider van de Staten-Generaal. Maurits kreeg gelijk. Onderweg ging er veel fout, zoals versplintering van de troepen en miscommunicatie. Uiteindelijk dreven de Spanjaarden Maurits in het nauw bij de haven van Nieuwpoort en alleen dankzij zijn tactisch inzicht en een stevige dosis geluk won hij. Hij stuurde de Nederlandse vloot voor de kust weg, alsof hij afzag van een aanval. Daarna liet hij zijn troepen bij eb door de haven naar het strand en de duinen aan de overkant trekken en forceerde daar het gevecht. Een meesterzet, maar Maurits was niet tevreden: hij voelde zich gekleineerd door Oldenbarnevelt en bovendien was het echte doel – Duinkerken veroveren – niet bereikt. Al was Nieuwpoort achteraf wel een keerpunt in de oorlog, de spanning tussen Maurits en Oldenbarnevelt zou nooit meer weggaan en uitgroeien tot het beroemde conflict dat leidde tot de onthoofding van de raadpensionaris in 1619. Bestuurders, uw daden worden nooit vergeten.

In Nieuwpoort zegt de slag niemand nog iets, daar was de overwinning geen inleiding op betere tijden. Maar er is een Mauritspark, bij de haven, met een standbeeld van een trotse, vastberaden aanvoerder. Het uitlegbord klopt niet helemaal – Oldenbarnevelt is de stadhouder, herkenbare vergissing in die complexe organisatie van de Nederlanden in 1600!

standbeeld maurits nieuwpoort     Standbeeld Maurits in Nieuwpoort bron

Nieuwpoort, aan de monding van de IJzer, herinnert zich vooral een andere oorlog: de Grote, tussen 1914 en 1918, want ook toen is om de stad gevochten. Op het volgende stuk van onze route wilden we de Westhoek zien, speciaal Passchendaele, om een cirkel rond te maken. Dat rondmaken ook openen van een nieuwe cirkel zou betekenen, wisten we nog niet. Op naar Passchendaele.

Hartelijke groet,

Lia