De directeur scharen

Hallo Lia,

Van een collega met jonge kinderen hoorde ik dat kleuters tegenwoordig aan het begin van het nieuwe schooljaar benoemd worden tot directeur. Dat betekent niet dat ze meer te zeggen hebben dan wij zo’n vijftig jaar geleden, maar misschien wel dat de klusjes die wij vroeger ook al mochten uitvoeren een nog volwassenere en als eervol ervaren status krijgen. Alle kinderen verdienen (anders dan vijftig jaar geleden) een kans en gelukkig zijn er dan ook veel directoraten te verdelen. Er is een directeur scharen, een directeur veters, een directeur wc, een directeur bloemen, een directeur deur etc. Het moet al gek zijn als je de kans op een directoraat misloopt.

Mijn gedachten gingen natuurlijk naar de nieuwe bestuursstructuur van onze faculteit. Zeker, we zaten ook vroeger niet zonder, maar het aantal directeuren is exponentieel toegenomen. Hadden we vroeger vier onderzoeksdirecteuren, nu hebben we er zeven. Hadden we voor 1 september twee directeuren voor de organisatie van ons onderwijs, nu hebben we er meer dan vijfentwintig! Net als bij de kleuters is dit deels een kwestie van andere namen voor oude klussen. Maar achter de toename van het aantal directoraten in onze faculteit zitten ook inhoudelijke overwegingen waar de vergelijking met kleuters mank gaat.

Een eerste indruk over de waarde van die overwegingen konden we afgelopen donderdagmiddag krijgen bij de opening van het facultaire jaar in De Rode Hoed. Er waren presentaties van alle nieuwe onderzoekseenheden. Eigenlijk zonder uitzondering goede verhalen. Ik had geen programma bij me en ik probeerde te raden welke presentatie bij welk instituut zou horen. Een leuk spel, dat we misschien wel met de hele zaal hadden moeten spelen. Mijn score was niet erg hoog, vrees ik. Afgaand op type onderzoeksvragen en aanpak zou ik zelf een verdeling kunnen maken in twee tot hooguit drie verschillende instituten. Inderdaad, mínder en niet meer dan we vroeger hadden…

Maar vanzelfsprekend moeten we de nieuwe eenheden de tijd gunnen om een plek te vinden voor zichzelf en ten opzichte van elkaar (neen, geen vergelijking met de kleuters hierboven). Ondertussen maak ik me wel een beetje zorgen of ik de namen van deze eenheden onder de knie zal krijgen: AIHR, ACLC, ARTES, ASCA, ASCH, ASHMS en ICLC. Laat staan dat ik straks zonder blikken of blozen zal kunnen zeggen welke directeur – pardon, director – bij welke afkorting hoort. Iets wat natuurlijk wel moet als ik me als afdelingsvoorzitter enigszins adequaat in de facultaire bestuurlijke kringen wil bewegen. Wat dat betreft is de benaming ‘directeur scharen’ wel wat transparanter.

Wie weet dat de spiegeling aan de volwassen wereld er nog eens toe leidt dat kleuters worden benoemd tot director of ASS (Amsterdam School of Scissors). Lichtpuntje is dat zulke ontwikkelingen ertoe kunnen leiden dat wij dan weer eenvoudige namen gebruiken, zoals tegenwoordig studenten ook ‘les’ hebben, naar ‘school’ gaan etc. Ik zie nog wel een academische toekomst voor de directeur scharen.

Met een hartelijke groet,

Fred

opening(schaar-lint)